Als geneticus onderzoek je erfelijkheid bij flora (planten) en fauna (dieren). Vaak is je achtergrond een studie biologie en ben je gespecialiseerd in genetica; de doorgifte van de eigenschappen van organismen aan nakomelingen. Moderne genetische kennis wordt toegepast in bijvoorbeeld genetische manipulatie in biotechnologie en onderzoek en behandeling van erfelijke aandoeningen in geneeskunde en zelfs ook bij de opsporing van personen in forensisch onderzoek. Als een arts gespecialiseerd is in genetica en dus mensen onderzoekt en behandelt dan heet het beroep Klinisch geneticus.
Je werkt als geneticus vaak in een wetenschappelijk onderzoeksinstituut en werkt samen met bijvoorbeeld een laborant, arts-onderzoeker of landbouwkundige.
De taken van een geneticus zijn:
-
Onderzoeksvraagstelling opstellen
-
Onderzoek voorbereiden
-
Bestaand onderzoek bestuderen (literatuuronderzoek)
-
Onderzoekspopulatie (planten of dieren) samenstellen
-
Genetisch onderzoek uitvoeren (monsters, puncties e.d. nemen, bestuderen, rapporteren)
-
Onderzoeksrapportage schrijven en presenteren
-
Genetische manipulatie toepassen (CRISPR-CAS, RNAi enz)
-
(Laboratorium)apparatuur bedienen