Als kuiper maak en repareer je houten kuipen, vaten, tonnen en fusten in een kuiperij of vatenfabriek. De kuipen worden daarna gebruikt voor het bewaren en/of vervoeren van vloeisttoffen in de bier- en wijnindustrie of in een distelleerderij. In de scheepsbouw waren kuipen vroeger onmisbaar voor het vervoer van vers drinkwater, drank, oliën en voor gepekelde vis waarbij zout als conserveermiddel werd gebruikt. In de vijftiende, zestiende en zeventiende eeuw waren bij een scheepswerf altijd diverse kuiperijen gevestigd.
Je werkt als kuiper in een werkplaats van de kuiperij en bent vaak zelfstandige. Er is algemeen gezien weinig werk in ambachtelijke beroepen omdat de producten vaak machinaal sneller en dus goedkoper kunnen worden gemaakt en of inmiddels vervangen zijn door andere producten.
De taken van een kuiper zijn onder andere:
-
Nieuwe kuipen, vaten en tonnen maken
-
Duigen kloven/zagen
-
Ronden, uithollen, stomen, buigen en schaven
-
Hoepels (op maat) maken
-
Monteren van duigen en hoepel en spannen
-
Kuipen, vaten en tonnen repareren
-
Machines bedienen
-
Hout en metalen inkopen
-
Machines en gereedschappen onderhouden